Rollend model

VerkeerIs het het ronken van de motor? De bedwelmende geur van de Arbres Magiques en soortgelijken? De stevige greep van een versnellingspook? De uitgedroogde lucht van de airco? Of het panoramisch zicht van de voorruit?

Ik weet het niet, maar er moet toch iéts in een auto zitten, dat iets met de chauffeur doet. Volgens mij is het een complot van de auto-industrie. De ingebouwde agressiviteitschip of zoiets.

Een andere verklaring heb ik niet voor het feit dat de meest aimabele mensen in het dagdagelijkse leven veranderen in agressieve, arrogante varkens op het moment dat ze achter het stuur van hun machien kruipen.

Toegegeven: wie zonder zonde is werpe de eerste steen en si en la; ik ben zelf niet de meest rustige chauffeur. Ik begeef me vlot door het verkeer, zeg maar. Maar toch. Er zijn gradaties. Veel gradaties. En wat ik vanochtend gezien heb, stemt toch weer tot nadenken.

Ik had de twijfelachtige eer om op mijn fietstochtje van het station naar mijn werk een tijdje “mee” te rijden met een jonge, vast bijzonder aimabele dertiger. Hij met zijn ruime gezinswagen, ik met mijn fietske. Want helaas meneer: alle agressieve rijstijl ten spijt: de fiets gaat sneller in de stad dan de wagen.

Het zag er allemaal goed uit: vlotte jonge man, ruime gezinswagen van een budgetmerk, knuffeltje bengelend aan de achteruitkijkspiegel, kussentjes en kinderzitje op de achterbank, en vooral: in grote letters “Luna en Jasper rijden mee” op de achterruit. Cute.

Op de kilometer dat ik deze jonge papa vergezeld heb, heeft ons fijne gezinshoofd echter een paar keer met loeiende motor roetdeeltjesspuitend opgetrokken (om 30 meter verder bruusk te moeten remmen), is hij aan het rode licht voluit op het fietspad en het voorsorteervak gaan staan, heeft hij eens goed geclaxonneerd naar een auto die niet binnen de twee seconden weg was aan het groene licht, is hij met een wijde boog over de witte lijn rond een auto gezwierd die drie seconden stond te wachten om ergens in te draaien, heeft hij bij het gezwind indraaien in een straat bijna een voetganger van de sokken gereden die het zebrapad aan het oversteken was, en is hij aan de Naamsepoort ferm door het oranje gevlamd. Op dat moment was ik hem kwijt.

Proficiat meneer. U bent voldoende assertief om u gezwind door het stadsverkeer te begeven, u bent een excellente chauffeur. En u heeft gelijk, er is nog genoeg propere lucht om uw dieselmotor te doen spinnen van geluk. En uw baas is ongetwijfeld tevreden met een werknemer die elke dag zo vlot op zijn werk staat. En u bent vast een geweldig rolmodel voor Luna en Jasper.

4 thoughts on “Rollend model”

  1. En dat allemaal op één kilometer ? Il faut le faire. Misschien waren het wel Luna en Jasper die aan het rijden waren…

    Natuurlijk is ook het knuffeltje aan de spiegel niet zonder schuld; dat zal vast de reden zijn om bruusk op te trekken en met wijde bogen te rijden : het knuffeltje zwaait dan een fractie van een seconde aan de kant, zodat de chauffeur ook eens rechtsvoor buiten kan kijken.

  2. Die kilometer is een vrije inschatting 🙂

    De rekenfreaks mogen het gerust nakijken: Maria-Theresiastraat vanaf ‘t Klein Gevang de hele tijd rechtdoor, Vesaliusstraat, Consciensestraat en dan naar links, de Naamsestraat in.

    Volgens Mappy 1,6 km.

  3. Afstand misschien wel, maar praktisch is de Naamsestraat voor mij gewoon het makkelijkste (zeker ‘s ochtends) omdat ik de Naamsestraat zonder problemen kan oversteken en ik de Naamsepoort dan maar in één richting meer moet oversteken. Kom je van de Meunierstraat, dan moet je de Naamsepoort dwarsen en dus twee keer oversteken…

Reageer!