Waarom we bang moeten zijn van Google

Vorige week heb ik je in mijn artikel over Google News beloofd dat ik in een tweede opinie-artikel wat dieper ging ingaan op de beangstigende kantjes van zoekgigant Google. Want hoe goed, volledig en succesrijk de zoekmachine ook is, er zijn altijd schaduwzijden aan het succes. De groei van het internetbedrijf lijkt niet meer te stuiten, en de hoeveelheid informatie die ze in allerhande databanken gestompt krijgen, begint angstwekkende vormen aan te nemen.

We moeten nu uiteraard geen paranoïd gedrag gaan vertonen en bang zijn dat Google morgen de wereld overneemt en mij in de cel smijt omdat ik ooit eens een zoekopdracht naar “gratis mp3” heb gegoogled, maar een beetje kritische waakzaamheid kan toch geen kwaad…

Kleine zoekrobotjes worden groot

Het begon allemaal helemaal onschuldig in 1995 toen twee studenten een systeempje begonnen te programmeren om zoekopdrachtjes op internet te doen. Uit het systeem groeide de zoekmachine Google, die een aardig alternatief vormde voor klassiekers als Yahoo! en Altavista.

Langzaamaan groeide de populariteit van de zoekmotor, en zo ook het productaanbod. Eerst werden er verscheidene intelligente zoekdiensten toegevoegd (zoals de afbeeldingenzoeker Google Image Search), later begon Google diensten over te nemen of te ontwikkelen die al lang niets meer met hun “core business” te maken hebben, zoals Google Earth, GMail en het sociale netwerk Orkut.

Ondertussen is Google stilaan niet meer uit ons leven weg te denken. En dat is vermoedelijk ook de bedoeling. Eric De Bie van BN/DeStem beschrijft een treffend droombeeld (voor Google) in dit artikel:

Door het aanbieden van nieuwe gratis producten is Google bezig de informatie te verfijnen. De oprichters Larry Page en Sergey Brin dromen ervan dat het leven van een gemiddelde consument er straks als volgt uitziet: hij gaat ’s ochtends achter zijn computer zitten en via zijn verpersoonlijkte startpagina krijgt hij de voor hem relevante informatie.

Vervolgens belt en mailt hij de hele dag met Google en gebruikt hij via Google gedownloade programma’s om zijn werk te doen. ’s Avonds na het eten houdt hij thuis zijn weblog bij, archiveert hij zijn foto’s en belt hij met zijn familie. Allemaal via Google natuurlijk.

Uitgebreid scala

Het productgamma van Google bestaat onder meer uit:

  • De zoekdiensten
    • Google Web Search
      de gewone zoekmachine die het web doorsnuffelt
    • Google Image Search
      de zoekmachine die op zoek gaat naar prentjes op het www
    • Google Groups
      de zoekmotor om nieuwsgroepen te doorzoeken
    • Google Video
      de zoekmachine voor videobeelden
  • Intelligente zoekdiensten
    • Google News
      de nieuwsservice, sinds kort ook beschikbaar in het Nederlands
    • Google Maps
      de kaartenzoeker
    • Froogle
      kijk en vergelijk prijzen op internet
    • Google Desktop Search
      doorzoek je eigen computer
  • De mail- en messagingdiensten
    • GMail
      de webmailservice
    • Google Talk
      de eigen messenger (zoals MSN), tegenwoordig geïntegreerd met GMail
  • Bijkomende software en diensten
    • Google Personalized Home
      je eigen homepage, met de items en RSS-feeds die je wil
    • Blogger
      stel je eigen online webdagboek op
    • Google Earth
      bekijk de aarde vanuit de ruimte, van heel ver of van heel dichtbij
    • Picasa
      misschien nog wel de vreemdste eend in de bijt: het softwarepakket voor het beheren van je fotocollectie

En dit lijstje gaat zo nog een tijdje door, en dan zwijgen we nog van de vele vele projectjes waar Google ondertussen – al dan niet in het geheim – aan bezig is.

Allemaal goed en wel, dat prettige computercomfort. Maar het maakt het sympathiek ogende bedrijf wel oppermachtig. De hoeveelheid informatie die Google via zijn diensten verzamelt, is reusachtig. Als die informatie in verkeerde handen valt, zijn de gevolgen niet te overzien.

Wie zoekt, die vindt… wat wij willen dat je vindt

Google is de afgelopen weken meerder keren in het nieuws geweest in verband met het afgeven van zoekinformatie aan de Amerikaanse overheid. De Amerikaanse regering wil graag inzage in de zoekopdrachten van de grote zoekmotoren. Concurrenten van Google hebben deze informatie al overhandigd, Google houdt momenteel nog voet bij stuk. Een machtige positie waarin ze verkeren.
Niet alleen bezit Google veel informatie, het bedrijf heeft ook nog eens volledig in de hand wat wij vinden en wat niet.

Aangezien de overgrote meerderheid van de argeloze surfers Google gebruikt om het internet te doorzoeken, is diezelfde surfer afhankelijk van wat Google hem aanbiedt. Dus als Google bepaalde informatie wil doodzwijgen, of andere informatie wil pushen, dan kan het dat rustig doen. Vandaar dat grote bedrijven natuurlijk graag op een mooi plaatsje staan bij de heren van Google.

Denk maar aan het geval BMW. De Duitse autobouwer BMW wilde graag zijn positie in de Google-zoekresultaten wat opdrijven, en heeft een aantal truukjes gehanteerd om de site “te boosten” in Google. Google is hierachter gekomen, vond dit niet zo leuk, en heeft prompt BMW verwijderd uit z’n zoekresultaten. Ondertussen hebben beiden het geschil al weer bijgelegd, maar het toont nog maar eens wat voor invloed één bedrijf kan hebben op de zakenwereld, en welke verstrekkende gevolgen de beslissingen van zo’n bedrijf kunnen hebben.

En dan is er nog de zaak van de Chinese censuur. Het internetverkeer van de Chinezen wordt door de plaatselijke regering nogal serieus aan banden gelegd. De Chinees heeft niet te kiezen waar hij wel en niet naartoe surft. Om geen ruzie te krijgen met de Chinese overheid, heeft Google een aangepaste versie van zijn zoekresultaten op z’n Chinese website. Dus via Google vinden onze Chinese vrienden alleen maar wat de zoekgigant aanbiedt, en hierdoor zijn de beperkte Google-diensten dus geen achterpoortje om de Chinese censuur te omzeilen.
Een maatregel die misschien wel door de Chinese overheid veroorzaakt is, maar waar het machtige internetbedrijf weer de laatste hand in heeft.

Besluit?

Al bij al een machtig beestje, die Google. Het beestje begint Microsoft-trekjes te krijgen. En een beetje behoedzaamheid kan dus geen kwaad. Laten we vooral ons leven niet te grabbel gooien op Google, en als je een of ander snood plan beraamt, doe je opzoekingswerk dan misschien beter in een traditionele bibliotheek.
En blijf kritisch bij het surfen. Geloof niet alles wat Google je vertelt; Google geeft je ook maar een bloemlezing van dat uitgebreide maar ongecontroleerde internet. Een soms wat eigenzinnige bloemlezing.

Nu… machtig of niet, eigenzinnig of niet; de Google-diensten blijven natuurlijk wel ijzersterke producten. Surf, maar geniet met mate.

Reageer!